Het gaat om de situatie van Abraham met Abimelech en Job met zijn vrienden. Beide geschiedenissen hebben en sterke overlap als het gaat om vergeving die God schenkt, maar dat pas geeft als er gebeden is. Tegelijk blijf je er een gevoel aan overhouden waarbij je denkt: Moest dit nu echt zo?

Abraham was een vreemdeling in Gerar en hij ziet zijn vrouw Sara en beseft dat zij een mooie vrouw is. Om zichzelf te beschermen zei Abraham dat Sara zijn zus was. Deels klopte dit wel, want ze was een halfzus van hem, maar zij was vooral zijn vrouw en zo had hij haar moeten beschermen. Omdat Abimelech hier niets van weet, neemt hij Sara mee en wil haar tot vrouw hebben. Er valt nog net niets voor tussen Abimelech en Sara, mede omdat God een droom geeft aan Abimelech en daar Zijn hand tussenhoudt. God zegt in die droom zelfs dat Abimelech het met een oprecht hart doet en niet met verkeerde bedoelingen. En dan is de opdracht van God in die droom: “Geef die vrouw terug en laat Abraham voor je bidden, zodat je in leven blijft”. En daarnaast waren kennelijk alle vrouwen en slavinnen van Abimelech onvruchtbaar geworden vanaf dat moment.

Is dat niet uiterst vreemd? Als er iemand op zijn kop had moeten krijgen was het Abraham wel geweest. En het tweede verhaal is bij Job. Drie van zijn vier vrienden hadden op niet mis te verstane wijze verteld dat Job het niet goed had gedaan. Alleen Elihu krijgt aan het eind van het boek niet van God te horen dat hij het fout heeft gedaan. De andere drie vrienden wel. God zegt zelfs dat Zijn toorn is ontbrand tegen hen. En dan komt de opdracht dat ze zeven stieren en zeven rammen moeten offeren en Job zal voor hen bidden. En God belooft dat Hij het gebed van Job zal aannemen, zodat Hij niet zal doen naar de dwaasheid van die vrienden.

Twee keer iemand die bidt voor vergeving van de ander. Kon God dan niet vergeven zonder dat gebed? Ik neig ernaar om te zeggen: “Nee, God kon niet vergeven, zolang Abraham en Job daar niet om vroegen”. Uiteindelijk had Abimelech niets fout gedaan en ook de vrienden van Job hadden oprecht het beste wel voor gehad met Job. En toch is de vergeving afhankelijk van Abraham en Job.

Je kunt natuurlijk zeggen dat dit ook te maken heeft met de vergeving is Abraham en Job schenken omdat hen onrecht is aangedaan, maar over dat punt heeft God het in beide gevallen niet. God geeft alleen de opdracht om voor de vergeving te bidden door Abraham en Job. Dit zegt dus nogal iets over onze rol in vergeving voor de ander, maar het zegt er dus ook weer heel duidelijk iets over dat wat God pas doet op het moment dat jij en ik, als kinderen van Hem, hiervoor bidden. Dit zegt niet dat wij voor de vergeving van iedereen moeten bidden, maar het zegt iets over Gods handelen in concrete situaties waarin onze rol van doorslaggevende betekenis is. Dat zie je ook nog eens als er staat dat de vrouwen en slavinnen van Abimelech weer vruchtbaar worden. Zo krachtig werkt gebed en de vraag is of jij op deze manier durft te geloven in de kracht van jouw gebed. Niet omdat het om jou moet gaan, maar wel omdat God het niet zonder jou wil doen!

Gebed: Heer, het is zo bijzonder dat U ervoor kiest om mensen te gebruiken, terwijl U ook kan kiezen om ons helemaal niet te gebruiken. Dank U wel dat ik, als Uw kind, echt een toegang tot Uw Vaderhart heb om het verschil te mogen maken.