"Mijn God, mijn God, waarom hebt U mij verlaten, bent U ver van mijn verlossing, van de woorden van mijn jammerklacht? Mijn God, ik roep overdag, maar U antwoordt niet, en 's nachts, maar ik vind geen stilte." (Psalm 22:2 en 3) 

De lijdenstijd en sommige psalmen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Eén van de bekendste psalmen is Psalm 22. Een psalm die Jezus Zelf, deels aanhaalt, tot aan het kruis toe. Maar het gaat wel wat kort door de bocht om deze psalm alleen maar te betrekken op Jezus en op Zijn lijden. Soms wordt een psalm net iets te makkelijk een lijdenspsalm genoemd, alsof David al precies wist welke woorden Jezus zou gaan spreken en alsof deze psalm niets meer met David te maken had. 

 

Natuurlijk is er een bepaalde vorm van profetie in deze psalm en het heeft alles met Jezus te maken. Maar lees even mee met de eerste woorden van deze psalm. Want ook David spreekt hier en misschien spreek jij hier ook wel. Zou het kunnen dat ook wij deze woorden kennen, niet alleen uit de mond van Jezus, maar ook uit je eigen ervaring. Of is het bij jou altijd zo makkelijk dat er nooit momenten zijn dat je zegt: "Heer, nu moet U echt helpen, nu!" 

David heeft dit soort momenten vaak genoeg gehad. Momenten dat alles leek mis te gaan en momenten dat God verder weg leek dan ver weg. Waar was zijn God, waar is jouw God op die momenten dat alles je bij de handen lijkt af te breken. Weet je wat opvalt bij David en bij Jezus? Allebei twijfelen ze niet aan God Zelf. Ze twijfelen ook niet of dat ze nog wel in genade vallen bij God, ze weten nog steeds dat God "mijn God" is. Jezus weet dat God op dit moment eigenlijk alleen nog maar God is, die Zijn recht zal opeisen van Zijn bloed, want op het moment dat Jezus deze woorden spreekt heeft Hij Zichzelf één gemaakt met de zonden van de hele wereld. 

David is nog steeds dezelfde man en ook wij zijn nog steeds dezelfde op die momenten dat God ver weg lijkt te zijn. Die momenten van klagen dat God ons zelfs verlaten zou hebben. Het gevoel er echt alleen voor te staan. Maar weet je, ten diepste is het niet waar. Voor David zou dat nog kunnen, maar jij en ik, die in Christus zijn, daar is God nooit meer weg. Wij kunnen het zicht wel kwijt zijn en wij kunnen dat zo voelen, maar leer eens geloven dat Jezus dit stuk voor jou al heeft gedragen. De verlatenheid van God, is  door Jezus al gedragen, zodat jij nooit meer zonder God hoeft te zijn. 

Dat gevoel, waar Psalm 22 mee begint is wel reëel. Dat is het punt niet. Zo voelt het echt, maar de echte verlatenheid is door Jezus aan het kruis gedragen. En al voelt je verlossing ver weg, je verlossing is al een feit. Jezus, voor Hem was de verlossing er niet, maar daardoor ben jij verlost, zelfs als je midden in de nacht roept en je alleen lijkt, dan is God toch dichtbij. 

Gebed: Vader God, U bent altijd bij mij. Nooit bent U ver weg, altijd bent U bij mij en ik zal nooit door U verlaten worden omdat Jezus mijn verlatenheid al heeft gedragen. Ik kies ervoor om niet mijn gevoel bepalend te laten zijn, maar mijn geloof in U.